Verbonden Léven

Mt.24,42-51 (31/08/2023)

42    “Wees dus wakker
       omdat je niet weet op welke dag je Heer komt.
43    Maar dit weet je wél:
       Als de heer des huizes had geweten
       op welk uur van de nacht de dief kwam,
       was hij wakker gebleven
       en had niet laten inbreken in zijn huis.
44    Wees ook jullie dus bereid,
       want de mensenzoon komt
       op een uur waarop je het niet verwacht.”
45    “Wie is dan de vertrouwende en verstandige dienaar
       die de heer over zijn huispersoneel heeft aangesteld
       om hen op de gepaste tijden voedsel te geven?
46    Gezegend [makarios = ‘zalig’, zoals in de ‘zaligsprekingen’] de dienaar die dáármee bezig is
       als zijn heer thuiskomt.
47    Amen, ik zeg jullie:
       Hij zal hem aanstellen over al wat hem toebehoort.
48    Maar als een slechte dienaar in zijn hart zegt:
       ‘Mijn heer neemt nogal de tijd …’,
49    en hij begint zijn mededienaars te slaan
       en er op los te leven,
50    dan zal de heer van die dienaar komen
       op een dag dat hij het niet verwacht
       en op een uur dat hij niet kent.
51    En hij zal hem opsplitsen
       en een deel van hem bij de ondermaatse oordelaars stellen.
       Daar zal geween zijn en tandengeknars.”

Zouden de opstellers van het leesrooster van het dagelijks Evangelie met opzet dít stuk over ‘wakker zijn’ hier geplaatst hebben, nu we weer aan het begin van een nieuw schooljaar/werkjaar staan? Ik weet het niet, maar in elk geval kan het geen kwaad om het opnieuw op ons gehoorbeen te laten hameren. Zomertijden, of andere omstandigheden die ons wat doen afglijden naar de gemakzuchtigere kant van het leven, zullen er ‘bij tijd en wijle’ wel eens zijn (ze horen er blijkbaar ook bij), maar mogen niet de permanente staat van ons leven worden.
Jezus spreekt daarover. Het is een verhaal, dus mogen we de beelden niet letterlijk begrijpen, maar de betekenis is niet mis te verstaan: met luiaards en slechte dienaars loopt het niet goed af! Eigenlijk is het ook logisch: wie maar ten dele zijn dienaarschap vervult, zal ook maar ten dele het ‘volle leven’ vinden. Het ‘andere deel’ – het deel waarmee wij tot de ‘hypocrieten’ behoren, kán geen deel hebben aan dat volle leven dat G-d ons wél toewenst.
Een nieuw jaar dus om ons opnieuw te laten wakker schudden en onze bereidheid in alerte krachtdadigheid om te zetten …