Verbonden Léven

Psalmen4

Psalm 64

 Kunstwerk als verwerking van de Psalm gemaakt door Elly Mondelaers

Psalm 64

Hoor, God, mijn smékende stém,
bewaar mij voor de dréiging van mijn weerstrèvers.
Verberg mij voor die sàmenzweerders,
voor die oproerige bende bedrijvers van ónheil.

Ze scherpen hun tóng als een zwáard,
ze richten hun woord als een gíftige pìjl,
om heimelijk de integere te trèffen
plots schieten ze, voor niets bevréesd.

Ze maken zich sterk met verbórgen stríkken
en zeggen: “Wíe zal het zìen?
Wij hebben een volmaakt en verborgen plàn.”
Ja, diep als een afgrond is het hart van de méns.

Dan schiet Jij jóuw pijl op hén af,
plóts zijn ze geslàgen;
ze struikelen over hun èigen tong,
al wie hen ziet, schudt het hóofd.

Allen zullen verkóndigen wat Jij déed,
vol ontzag beséffend dat het jòuw werk was.
De rechtvaardige zal zich verheugen in Jòu;
alle oprechten van hart zullen Jou lóven.

 

 

(Gezongen door zusters van de St.-Trudoabdij, met citerbegeleiding)

 

Psalm 64 – aanzet

Onze Psalm van de maand begint (zoals wel vaker) met een smekende vraag van David: Hoor, God, mijn smekende stem. Hij is moedeloos of is het krachteloos … het lijkt alsof hij denkt … hier houden mijn mogelijkheden op, van mij zal de oplossing niet komen. De titel dat gevoel als … uit de afgrond van mijn menselijk hart ... Daar in die afgrond ontstaat het gevoel van wanhoop maar ook de schreeuw om hulp: “Hoor je mij?” Daar in die afgrond, in die onmacht is ook kracht aanwezig die in beweging zet. David wendt zich naar G-d en vraagt om bescherming tegen al wat hem verdrukt en bedreigt (van buitenaf en van binnenuit). Hij is ervan overtuigd dat G-d hem die bescherming kan en zal geven, dat G-d hem kan verbergen. Hij weet en vertrouwt dat G-d de vijand zal verslaan!
Gelooft David in een G-d die van buitenaf ingrijpt in het leven: Dan schiet Jij jouw pijl op hen af?
En ik?

Is G-d voor mij diegene die ingrijpt in mijn leven als ik erom smeek? Is G-d een reddingsboei, een G-d van onderhandelen? Of voelt het veeleer aan als communicerende vaten, gewoon volgens de natuur-wetten … in de mate dat ik mijn ego ( geïnterpreteerd als alles wat ik denk nodig te hebben om stand te houden, het goede van mezelf en het slechte bij de anderen… waar ik van overtuigd ben) loslaat, in de mate dat ik me vrijmaak van alle prestaties en willen … in die mate krijgt G-d in mij ruimte, zal G-d er zijn, zal G-d mijn kracht zijn om staande te blijven?
Voor mij ís G-d er, Wees-er, Wezer … en toch … als ik luister, mij overgeef aan hem dan grijpt hij toch ook wel in in mijn leven, maar meestal niet als ik erom smeek (of in ieder geval anders dan ik had verwacht of gehoopt) … lastig 😊 

Te midden van alle ellende, in het spanningsveld van roepen en bedreigd worden, is onze psalmist gefocust op wat er fout loopt bij de ander. Hij ziet hoe ze hun daden rechtvaardigen met ‘giftige’ woorden. Hij beschrijft hoe ze alles inpassen in hun plan (dat – in hun ogen – het enige juiste is natuurlijk) en hoe ze hem kleineren, bedreigen, lachen met hem … hij die toch G-dgericht leeft!?

Herken ik me in Davids tirade over die ander, die samenzweerders of ben ik misschien een van die samenzweerders? Gaat het wel over de anderen of zijn dit zaken die evenzeer in mij aanwezig zijn? Hoe ga ik om met anders denkenden? Zijn het mijn vijanden? Krijgen zij de kans om hun verhaal te doen? Wil ik open staan voor hen of schiet ik ze al af vooraleer ze hun mond nog maar hebben kunnen open doen?
Gaat het wel over de ander of blink ik ook uit in het goedpraten van wat ik doe en denk en wie bedreig ik dan door zo te spreken en te handelen?

Daar in die ellende, op een moment dat het ontzettend lastig wordt, klinkt de vraag aan G-d. Ondanks de grote kwetsbaarheid, het niet meer kunnen, de onmacht … die ik in deze Psalm hoor, stijgt er voor mij ook een grote kracht op uit die afgrond, nl. vertrouwen, houvast en geloof. De zekerheid dat G-d werkelijk het smeken hoort, de zekerheid dat G-d zich over hem zal ontfermen.

Een Psalm dus die smeekt om bescherming, een gebed, een wens, een verlangen, een verwachting, een hoop…
Een Psalm die mij doet beseffen dat wanneer smeken, danken en loven wordt er een heel ander gebed ontstaat

En daarom zal ik blijven
Bidden en smeken
om G-ds ontferming

én vertrouwen
dat Hij telkens weer
Zijn perspectief in mij zal voeden
Zolang ik mij maar
open genoeg kan maken
voor wat G-d mij wil – en zal – geven.

Een Psalm vol vertrouwen op de kracht van G-d.