Verbonden Léven

blinde routine

Presentie: Geen haast

Geen haast

Een relatie aangaan vraagt tijd. Vertrouwen opbouwen doe je niet snel even tussendoor, daar neem je de tijd voor. Mensen echt leren kennen doe je niet in één dag en zeker niet op een kort momentje bij het stellen van een vraag. Het duurt vaak een hele tijd voordat mensen hun verhaal vertellen en hun vraag of verlangen helder krijgen. Het kan voor mensen een hele zoektocht zijn om woorden te vinden voor alles wat hen bezighoudt. Presentie vraagt om een lange adem. Je bent niet bezig met snel je ding te doen of de nood bloot te leggen. Je neemt de tijd zodat mensen aanwezig kunnen komen en het aandurven om zichzelf in alle kwetsbaarheid te laten zien. Je krijgt ook de tijd om zelf nabij te komen. Zo leer je elkaar te midden van die kwetsbaarheid kennen en kun je samen verder op weg gaan. Kijkend vanuit de presentiebenadering is het belangrijk om niet je eigen tempo op te leggen, maar het tempo van de ander te volgen. Dat is het tempo van de relatie. Soms is dat – voor jouw gevoel – ongelooflijk traag of lijkt het zelfs achteruit te gaan. De andere keer is het zo snel dat je zelf amper kunt volgen. Eén ding is zeker: het vraagt tijd en adem en gaat meestal gepaard met langdurige contacten.

Ongehaast zijn wil onder andere zeggen dat je niet voortdurend je klok in de gaten houdt, niet ongeduldig van het ene been op het andere wipt. Niet de tijd is de maatstaf van je bezig zijn, wel de relatie met de ander. In de praktijk blijkt keer op keer dat gehaast werken niet minder tijd kost, maar vaak meer. Door gehaast te werken kan het immers gebeuren dat je vergeet bij de ander af te toetsen of het voor hem/haar goed is zoals het loopt. Wanneer dan na een tijd - op welke manier dan ook - blijkt dat de ander het niet als goed ervaart, moet je helemaal opnieuw beginnen. En nu ongehaast.

Wil je je eigen ritme opgeven en er helemaal zijn voor de ander, dan is het van belang dat je agenda niet al te vol gepropt staat en er ruimte is voor onverwachte ontmoetingen. Presentiewerkers zijn immers bereid om even halt te houden wanneer iemand hen vraagt: “Ik zit met iets … luister je even?” Op zo’n verzoek kun je maar ingaan als er ruimte is: in je planning, in je actuele bezigheden én in je hoofd. Zo aanwezig zijn is niet vanzelfsprekend en buitenstaanders zullen zich afvragen: “Wat doen die eigenlijk de godganse dag?” Het antwoord is bedrieglijk simpel: “Rondwandelen, alert aanwezig zijn, praten met en luisteren naar mensen, samen op een bank zitten”. Zo voelen mensen dat je tijd voor hen hebt, dat zij de moeite waard zijn om tijd voor te maken en weten ze zich ondersteund om weer verder te kunnen gaan.

Ongehaast, onderbreekbaar en aanklampbaar zijn, is in het drukke werkritme niet altijd eenvoudig, eerder ingewikkeld. Er is zoveel te doen en de dagen zijn zo kort. In die drukte is het lastig om je los te maken van je eigen bezig zijn en je te richten op de ander die je onverwachts met een vraag aanklampt. Het kan gebeuren dat het écht niet onmiddellijk kan. Dat is geen probleem. Je kunt dan even oogcontact maken, de vraag kort aanhoren en antwoorden op de vraag of de boodschap geven dat je nu nog even bezig bent maar binnen bijvoorbeeld tien minuten even komt. Mensen accepteren zo’n antwoord en hebben er ook begrip voor dat je eerst wat anders moet doen. Let wel dat dit begrip er maar is en zal blijven als ze weten dat je er dan straks ook echt voor hen zult zijn.

Ongehaast en aanklampbaar tijd maken en aanwezig zijn bij mensen leidt ertoe dat daar, in die langdurige, ongehaaste relaties, iets gebeurt dat heen en weer knettert. Het wordt een goddelijk gebeuren waarvan je allebei steeds meer mens wordt.