Verbonden Léven

Lc.11,5-13 (12/10/2023)

     En Jezus ging verder
       [nadat hij aan zijn leerlingen het gebed tot zijn Vader had geleerd]:
       “Stel, je hebt een vriend
       en midden in de nacht ga je naar hem toe
       en vraagt:
       “Vriend, leen mij drie broden,
     want een andere vriend van mij is van een reis
       bij mij aangekomen
       en ik heb niets om hem voor te zetten.”
     Zou die dan van binnenuit antwoorden:
       “Doe mij die moeite niet aan!
       De deur is al gesloten
       en mijn kinderen en ik zijn al in bed,
       ik kan niet opstaan om ze je te geven.”?
     Ik zeg jullie:
       Zelfs al zou hij niet opstaan
       en het hem geven
       omdat het zijn vriend is,
       dan nog zou de onbeschaamdheid
       hem oproepen
       en zal hij hem geven zoveel als hij nodig heeft.
     Ik druk jullie op je hart:
       Vraag – en je zult krijgen,
       zoek – en je zult vinden,
       klop – en er zal je worden opengedaan.
10    Want iedere vragende – ontvangt,
       iedere zoekende – vindt,
       voor iedere kloppende – zal er opengedaan worden!
11    Welke vader onder jullie zal,
       als je zoon om brood vraagt,
       hem een steen geven?
       Als hij om vis vraagt,
       geef je hem toch geen slang?
12    Als hij om een ei vraagt,
       geef je hem toch geen schorpioen?
13    Als jullie dan
       – ook al zijn jullie slecht –
       goede gaven weet te geven aan jullie kinderen,
       hoeveel te meer zal de hemelse Vader
       heilige Geest geven
       aan wie hem daarom vragen?!”

Het vraaggebed. Vreemd eigenlijk: we doen het allemaal, en we blijven het doen – terecht overigens. Terwijl we ondertussen even goed weten dat het toch niet zomaar ‘werkt’. t.t.z.: Ondanks wat een Evangelie als vandaag lijkt te zeggen, blijkt er geen ‘één-op-één-relatie’ te zijn tussen wat onze vraag is en wat G-d daarop antwoordt. Tot onze frustratie – soms wanhoop – toe.
En toch blijven we het doen. Waarom toch? Omdat je wellicht ook al ondervonden hebt dat het ‘antwoord’ soms op een verrassend andere manier komt dan je dacht, of dat in de loop van de tijd waar je vraag zogezegd niet beantwoord wordt, de vraag zelf lijkt te veranderen, of dat jezelf lijkt te veranderen!
Het vraaggebed blijkt geen ‘techniek’ te zijn, maar een ‘gebeuren’ – en wel een relationeel gebeuren. Zowel mijn relatie met G-d als met mijn medemens is mee betrokken in wat er met mij gebeurt als ik bid. En menselijk als ik ben – “ook al zijn jullie slecht” – heb ik wel wat tijd nodig om te ont-dekken wat werkelijk Go(e)d is, voor mezelf en voor mijn mede-mens.