Verbonden Léven

Joh.15,26 – 16,4a (6/05/2024)

26     Maar wanneer de medestander komt
       die ik van bij de Vader naar jullie zal zenden,
       de Geest van de waarheid
       die van de Vader uitgaat,
       zal díe over mij getuigen.
27     En ook jullie zullen getuigen,
       omdat je vanaf het begin bij mij bent geweest.
1      Ik heb jullie deze dingen gezegd
       opdat je niet zou struikelen.
2      Ze zullen jullie uit de samenkomsten weren.
       Ja, er komt een uur
       dat ieder die jullie doodt
       zal denken een dienst aan God te doen!
3      En ze zullen dat doen
       omdat ze noch mij noch de Vader hebben leren kennen.
4      Maar ik heb jullie deze dingen gezegd
       opdat wanneer dat uur komt,
       je je zou her-inneren dat ik ze gezegd heb.

Het valt mij op hoe vaak Jezus in de Paastijd verwijst naar de Geest van waarheid. Het is duidelijk een belangrijk onderwerp nu hij zijn leerlingen voorbereidt op een leven zonder zijn fysieke aanwezigheid. Hij belooft ze niet verweesd achter te laten. Hij weet immers hoe lastig het zal worden om daad-werkelijk zijn liefde te leven, ervan te getuigen en ze ter sprake (tot spreken) te brengen. “Onthoud het maar, jullie zullen er niet alleen voor staan. Er zal een Helper gegeven worden,” zegt hij.
Zijn belofte geldt nog altijd. Die Medestander wordt ook aan ons toegezegd. Hij is er, de Geest van waarheid. De vraag is of wij hem herkennen in ons leven.
Het is de Geest die ons G-ds aanwezigheid doet onderscheiden en doe zien wat Go(e)d is. Hij leidt ons zodat wij (en de mensen rondom ons) mogen ervaren dat hij ademt in ons. Hij vuurt ons aan om in woord en daad te getuigen van die goddelijke aanwezigheid.