Verbonden Léven

Joh.6,44-51 (22/4/2021)

In die dagen zei Jezus tot de menigte: 'Niemand kan tot Mij komen als de Vader die Mij zond hem niet trekt; en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag. Er staat geschreven bij de profeten: 'En allen zullen door God onderricht worden.' Al wie naar de leer van de Vader geluisterd heeft komt tot Mij. Niet dat iemand de Vader gezien heeft: alleen degene die uit God is, heeft de Vader gezien. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: wie gelooft heeft eeuwig leven. Ik ben het brood des levens. Uw vaderen die het manna gegeten hebben in de woestijn, zijn niettemin gestorven; maar dit brood daalt uit de hemel neer opdat wie ervan eet niet sterft. Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald. Als iemand van dit brood eet zal hij leven in eeuwigheid. Het brood dat Ik zal geven is mijn vlees, ten bate van het leven der wereld.'

Niemand heeft Jou ooit gezien. Het is maar al te waar, dat weten we uit eigen ervaring. Maar we hebben wel een naam: ‘Ik die ben’. Het is een naam die hij bekend maakte op het moment dat hij de ellende van zijn mensen had gezien. Het is dus niet zomaar een aanwezigheid, maar een aandachtige, liefdevolle aanwezigheid. Je kan dus gerust zeggen dat zijn naam ‘Liefde’ is. Maar is dat geen contradictie? ’Nooit gezien’ suggereert toch afstand; maar er blijkt juist een grote nabijheid te zijn, in liefde. G-d is ongrijpbaar, zoals liefde dat ook is; maar hij is ook heel intens aanwezig, zoals liefde dat ook kan zijn. Niemand heeft ooit G-d gezien, maar Hij heeft een gezicht gekregen in Jezus die zich aanbiedt als leven-gevend brood. Hij is brood dat gegeten moet worden, Liefde die ‘te doen’ is. Als wij eten van dat brood, dan zeggen we dat we zo willen leven: liefdevol, alert en zorgzaam voor elkaar, recht doend aan ieder mens. Als wij dat brood eten en als wij liefde doen en misschien wel liefde zijn, dan brengen ook wij iets in beeld van G-d. Dan zal de dood (zinloosheid, leegte, geen leven) niet meer zijn. Dan zal er ‘eeuwig leven’(‘vol leven’) zijn!