Verbonden Léven

Joh.6,60-69 (20/04/2024)

60    Veel van zijn leerlingen hoorden dit [de ‘broodrede’] en reageerden:
       “Dit zijn harde woorden.
       Wie is bij machte dit te aanhoren?”
61    Maar Jezus wist uit zichzelf dat zijn leerlingen hierover morden.
       Daarom zei hij hen:
       “Struikel je hierover? [skandalizei = lett.: struikelen; fig.: aanstoot nemen, ergeren,
       geschandaliseerd zijn]
62    Wat dan als je de mensenzoon zult zien opgaan
       naar waar hij eerst was?
63    Het is de geest die levend maakt,
       daarvoor helpt het vlees niet.
       De woorden die ik tegen jullie zeg, zijn geest en leven.
64    Maar sommigen van jullie vertrouwen niet.”
       Want Jezus wist vanaf het begin
       wie het waren die niet vertrouwden
       en wie hem zouden overleveren.
65    En hij zei:
       “Daarom heb ik tegen jullie gezegd
       dat niemand bij machte is naar mij toe te komen,
       als hem dat niet vanuit mijn Vader gegeven is.”
66    Vanaf het moment van deze woorden
       trokken vele van zijn leerlingen zich van hem terug
       en gingen niet meer met hem om.
67    Jezus zei tegen de twaalf:
       “Jullie willen soms ook niet weggaan?”
68    Maar Simon Petrus antwoordde:
       “Heer naar wie zouden wij zo nabij kunnen gaan?
       Jij hebt woorden vol leven!
69    En wij zijn gaan vertrouwen en erkennen
       dat jij de heilige van God bent!”

Jezus confronteert en zet mensen aan het denken. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden als je hem wilt blijven volgen.
Jezus zegt het heel duidelijk: neen, ik ‘geef’ geen brood, maar ik ‘bén’ het brood dat gegeten moet worden. Het gaat er als christen dus niet om iets te geven en zelf buiten schot blijven, neen je zal jezelf moeten geven, je eigen leven. Bij Jezus is er immers alleen maar waarheid – die leven is – te vinden in het geven van jezelf. Jezus zover volgen is dan ook voor velen een stap te ver en ze vertrekken. Ook aan de twaalf vraagt hij expliciet of ze misschien liever vertrekken. Hij laat hen in alle vrijheid hun keuze maken. Simon Petrus is heel duidelijk. Hij blijft! Hij heeft blijkbaar iets ervaren van de volheid van leven, van het goddelijke dat er van Jezus uitgaat. Hij kan dit niet zomaar aan de kant schuiven en weggaan om z’n oude leven terug op te nemen. Hij vertrouwt en kiest er bewust voor om zich van binnenuit te laten omvormen tot een ‘dankbare, zich-gevende en dienstbare’ mens.
En wij? Hoe ver zijn wij bereid om met hem mee te gaan?