Verbonden Léven

Joh.1,1-18 (25/12/2022)

Als beginsel was het Woord [logos – dabar]
en het Woord was van God uit,
ja, God was het Woord,
het was het beginsel van God uit.
Alles is erdoor ontstaan
en erzonder is er niets ontstaan.
Daar was leven in
en het leven was het licht van de mensen.
Het licht schijnt in de duisternis
en de duisternis kon het niet omvatten.

Er was een mens,
gezonden door God,
zijn naam was Johannes.
Het was zijn taak getuige [marturein – martelaar] te zijn
zodat hij zou getuigen van het licht,
zodat velen zouden vertrouwen door hem.
Niet hijzelf was het licht,
hij was getuige van het licht.

Het [Woord] was het waarachtige licht
dat iedere mens verlicht
komende in de wereld.
Het was in de wereld
– de wereld is door hem ontstaan –
en toch heeft de wereld hem niet bekend.

Hij kwam in het zijne,
en toch hebben de zijnen hem niet aangenomen.
Maar al wie hem wel hebben aangenomen,
aan wie vertrouwt op zijn naam,
heeft hij volmacht gegeven
kinderen van God te worden.
Zij zijn niet uit bloed,
noch uit vlees, noch uit de wil [van een mens],
maar uit God geboren.
Het Woord is vlees geworden
en heeft in ons zijn tent opgeslagen.
Wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd,
een heerlijkheid als van de eniggeborene van een vader,
vol genade en waarheid.

Johannes getuigt over hem. Hij riep:
“Deze was het van wie ik zei:
Die na mij komt,
is vóór mij geworden,
want hij was eerder dan ik.”
Uit zijn volheid
hebben wij allen ontvangen,
onuitputtelijke genade.
Ja, de wet is door Mozes gegeven,
maar genade en waarheid
zijn door Jezus de gezalfde [Christos – Messiah] geworden.
Niemand heeft ooit God gezien,
maar de eniggeboren zoon,
die is in de schoot van de vader,
die heeft hem doen kennen.

We verwachten op Kerstdag wellicht eerder het verhaal van de herders, maar de liturgie voorziet eigenlijk in ‘het kerstverhaal’ van Johannes, dat – zoals zoveel in zijn Evangelie – van een beetje ander allooi is dan de andere drie evangelisten. In een heel verheven stijl peilt hij naar de diepte van het gebeuren dat G-d onder de mensen is komen wonen. Voor Johannes is dit als een hernieuwde schepping. Leg maar even de eerste bladzijde van de Bijbel, met het scheppingsverhaal, naast deze en je zult de duidelijk bedoelde parallellen zien. De hele wereld krijgt een nieuw begin als G-d er zelf in aanwezig komt. Dat is wellicht het meest wondere gegeven van ons Christelijke geloof.
En dat mogen we vandaag vieren. Maar ‘vieren’ is erg dunnetjes als het alleen gaat over ‘denken aan iets van vroeger’ (of nog erger: als alibi om te kunnen feesten). ‘Vieren’ wordt pas intens en ‘gelovig’ als wij dat gebeuren opnieuw door ons heen laten gaan, zodat het aan en ín ons mag gebeuren! Die nieuwe schepping, die nieuwe woning van G-d onder de mensen, ben jij!
Wij wensen 365 dagen lang een Zalige Kerstdag!