Verbonden Léven

Joh 5, 17-30 (30/03/2022)

Jezus zei tegen de Joden: “Mijn Vader werkt tot nu toe, en ik werk ook!”
Hierom zochten ze des te meer om hem te doden, omdat hij niet alleen de sabbat losmaakte, maar ook God zijn eigen vader noemde, waarmee hij zichzelf aan God gelijk maakte.
Jezus antwoordde hun daarop: “Amen, amen, ik zeg jullie: De Zoon kan niets uit zichzelf tenzij hij het de Vader ziet doen, want wat de Vader doet, doet de Zoon evenzo. En de Vader heeft de Zoon lief, daarom toont hij hem alles wat hij zelf doet. En hij zal hem nog grotere dingen laten doen dan deze.
Je zult je nog verwonderen! Zoals de Vader de doden opwekt en levend maakt, zo maakt ook de Zoon levend wie hij bedoelt. De Vader zelf oordeelt niemand, maar het gehele oordeel heeft hij in handen gegeven van de Zoon opdat allen de Zoon zouden eren zoals ze de Vader eren. Wie de Zoon niet eert, eert ook de Vader niet die hem gezonden heeft.
Amen, amen, ik zeg jullie: Wie mijn woord hoort en vertrouwen stelt in wie mij gezonden heeft, heeft het volle leven.
Hij komt niet in het oordeel, maar is al overgegaan uit de dood in het leven.
Amen, amen, ik zeg jullie: Er komt een uur – ja, het is er al – dat de doden de stem van de Zoon van God zullen horen, en die luisteren, zullen leven. Zoals de Vader leven heeft in zichzelf, zo heeft hij het ook aan de Zoon gegeven leven te hebben in zichzelf, en hij heeft hem de volmacht gegeven te oordelen, omdat hij mensenzoon is.
Verwonder je er dus niet over dat er een uur komt waarin de mensen in de graven zijn stem zullen horen en er uit zullen trekken, wie het goede gedaan heeft voor opstanding tot leven, maar wie het kwade gedaan heeft voor opstanding tot oordeel.
Ik kan niets uit mezelf. Ik oordeel naar wat ik hoor. En mijn oordeel is rechtvaardig, omdat ik niet míjn wil zoek, maar de wil van de Vader die mij gezonden heeft.”

We komen dichter bij Pasen. Nog enkele weken te gaan om het ondoorgrondelijke Geheim dat Jezus is op het spoor te komen. Dat is wat elk van de evangelisten probeert te doen: op eigen wijze cirkelen ze rond dat Geheim (be-‘grijpen’ kun je nooit), maar Johannes gaat er het diepst in door. In de komende weken lezen we dan ook hoofdzakelijk uit zijn Evangelie, peilend naar de onpeilbare diepten van het Jezus-Geheim.
Vandaag wordt duidelijk dat het conflict van Jezus met de Joodse leiders steeds scherper wordt. Zij nemen Jezus kwalijk dat hij de wet op de sabbatrust (genezing te Betzata van een verlamde man op sabbat, zie gisteren) overtreedt en wat waarschijnlijk nog veel dieper snijdt is dat hij G-d, ‘Vader’ noemt. Hij sprak over G-d als een liefhebbende Vader met wie hij een nabije en vertrouw-volle verbondenheid beleefde. Voor de Joodse leiders was de relatie die Jezus leek te hebben met G-d bedreigend. Zij hadden een totaal ander beeld van G-d, dus geeft Jezus hier nog maar een keer het verba(o)nd aan tussen Woord en Léven: Wie vertrouwen stelt in zijn Woord, stelt vertrouwen in de Vader van alle leven – en heeft dus Léven in zich!